Spraakapraxie
Bij spraakapraxie functioneren de spieren zelf nog voldoende, maar het aansturen van deze spieren is verminderd. Vloeiend en verstaanbaar spreken is een uitdaging.
Cliënten met spraakapraxie vinden het moeilijk om de juiste stand van de tong en lippen te bepalen om bepaalde klanken te maken. Bewust praten is vaak lastiger dan onbewust praten (zonder erbij na te denken). Sommige cliënten met spraakapraxie vinden het lastig om mondbewegingen bewust uit te voeren. Denk bijvoorbeeld aan de tong uitsteken of de lippen tuiten.
De logopedist kan samen met de patiënt de spraak trainen om de verstaanbaarheid te optimaliseren. Ook kan de logopedist de cliënt begeleiden in het zoeken van een ondersteund communicatiehulpmiddel als de verstaanbaarheid niet voldoende meer wordt.
Dysartrie
Dysartrie is een stoornis in het spreken door een CVA in het zenuwstelsel. Dys = onvolledig en artrie = articuleren. Iemand met dysartie is onvolledig in zijn uitspraak.
De logopedische behandeling is gericht op het verbeteren van de verstaanbaarheid. De cliënt leert optimaal gebruik te maken van zijn mogelijkheden. De logopedist geeft adviezen aan de cliënt en de mensen in zijn of haar omgeving. Als de cliënt ook met logopedische behandeling niet tot verstaanbaar spreken komt, zal de logopedist met de cliënt een geschikt communicatiemiddel zoeken. Dit kan een gebaren- of tekensysteem zijn of een elektronisch communicatiehulpmiddel.
Dysfagie
Slikproblemen ofwel dysfagie (dys = moeilijk, fagie = slikken) kunnen plotseling ontstaan door een beroerte, operatie of ongeluk. Ook het geleidelijk ontstaan ervan is mogelijk, bijvoorbeeld bij MS, een spierziekte of dementie. Dysfagie kan grote gevolgen hebben. De kans bestaat dat iemand zich herhaaldelijk verslikt en luchtweginfecties oploopt als eten of drinken in de longen/luchtwegen terechtkomt. Een longontsteking als complicatie kan fataal worden.
Iemand kan door de slikproblemen ook ongewild gewicht verliezen en ondervoed of uitgedroogd raken. De logopedist doet onderzoek naar de slikproblemen en bekijkt de mogelijkheden.
Mogelijkheden kunnen zijn: aanpassen van de houding, sliktraining of het aanpassen van het eten en drinken. De adviezen worden genoteerd in het slikadvies van de logopedist.